TerugGekocht: Volkswagen Type I bus, bouwjaar 1969
Zaak van eiser tegen Napa Continental BVBA, mede handelend onder de naam
CLASSIC CARS 121.
Op 8 december 2017 heeft eiser een Volkswagen Type I bus, bouwjaar 1969, gekocht van Napa Continental voor een bedrag van € 23.200. Eiser heeft de bus gekocht via de online veilingsite BVA Auctions waarop BVA de bus namens Napa Continental aanbood. Eiser was met zijn bod van € 23.200 de hoogste bieder, zodat de kavel aan hem is toegewezen. Voorafgaand aan de veiling waren twee kijkdagen georganiseerd, namelijk op 30 november en 7 december 2017. Van deze kijkdagen heeft eiser geen gebruik gemaakt. Op 8 december 2017 heeft eiser van BVA een factuur met een bedrag van € 27.972 (inclusief € 4.772 veilingkosten) ontvangen. Eiser heeft de bus op 29 december 2017 bij Napa Continental bezichtigd en, na betaling van de factuur, meegenomen naar Nederland. Op 2 januari 2018 heeft Klassiek VW Centrum te Schagerbrug de bus op verzoek van eiser nagekeken. Dit ter voorbereiding van de keuring door de RDW ter verkrijging van een Nederlands kenteken. De conclusie van het Klassiek VW Centrum (rapport van 18 januari 2018) was dat de bus op meerdere punten door de RDW zou worden afgekeurd. Volgens het Klassiek VW Centrum is geen sprake van restauratie van de onderzijde van de bus. Naar aanleiding hiervan heeft eiser op 2 januari 2018 via e-mail contact opgenomen met BVA en, onder verwijzing naar de conclusie van Klassiek VW Centrum, kenbaar gemaakt dat hij de bus wil retourneren. Namens Napa Continental heeft BVA laten weten daar niet mee in te stemmen. Bij brief van 12 juni 2018 is de koop namens eiser ongedaan gemaakt, althans is Napa Continental in gebreke gesteld. Bij brief van 17 juli 2018 heeft eiser verzocht gehoor te geven aan de sommaties. Bij brief van 24 september 2018 is de koop namens eiser buitengerechtelijk ontbonden en is een schikkingsvoorstel gedaan. Bij brief van 8 oktober 2018 is dit voorstel herhaald. Eiser vordert samengevat Napa Continental te veroordelen om, te vermeerderen met rente, aan eiser te voldoen het aankoopbedrag van € 23.200, de veilingkosten van € 4.772, buitengerechtelijke kosten van € 1.054,72, de proceskosten met rente. Ook vordert eiser dat Napa Continental de bus binnen twee weken na de datum van dit vonnis bij eiser ophaalt.
Allereerst dient de vraag te worden beantwoord of eiser een herroepingsrecht heeft. Dat wil zeggen dat eiser de mogelijkheid heeft om de overeenkomst zonder opgave van redenen te ontbinden. Vast staat dat de onderhavige overeenkomst een consumentenkoop op afstand betreft. Voor dergelijke overeenkomsten bestaat in beginsel een herroepingsrecht. De wet maakt echter een aantal uitzonderingen op dit herroeppingsrecht. Een overeenkomst die is gesloten via een openbare veiling, waarbij de consumenten persoonlijk aanwezig zijn of kunnen zijn, is van het herroepingsrecht uitgezonderd. Naar het oordeel van de rechtbank is dit het geval, omdat de mogelijkheid bestaat om persoonlijk aanwezig te zijn op de veiling. Dat eiser van deze gelegenheid geen gebruik heeft gemaakt, maakt dit niet anders.
Voor wat betreft het beroep van eiser op non-conformiteit en dwaling, is het uitgangspunt dat het hier niet gaat om een normaal tweedehands voertuig waarmee de koper aan het verkeer wil gaan deelnemen, maar om een voertuig van meer dan veertig jaar oud (oldtimer), die meestal door liefhebbers wordt aangeschaft. Van kopers van dergelijke objecten mag worden verwacht dat zij zich enigszins oriënteren op bijvoorbeeld internet, en het voertuig (al dan niet in bijzijn van een deskundige) bezichtigen, alvorens tot koop over te gaan. De rechtbank dient te beoordelen of eiser de overeenkomst buitengerechtelijk heeft ontbonden, dan wel door de rechter dient te worden ontbonden, wegens een tekortkoming in de nakoming.
Omdat de overeenkomst een consumentenkoop betreft, dient de afgeleverde zaak te beantwoorden aan de overeenkomst. Een zaak beantwoordt niet aan de overeenkomst indien zij, mede gelet op de aard van die zaak en de mededelingen die de verkoper over de zaak heeft gedaan, niet de eigenschappen bezit die de koper op grond van de overeenkomst mocht verwachten. In dat geval is sprake van non-conformiteit en heeft de koper de bevoegdheid om de overeenkomst te ontbinden, tenzij de afwijking van het overeengekomene deze ontbinding met haar gevolgen niet rechtvaardigt. De koper mag wel verwachten dat de zaak de eigenschappen bezit die voor een normaal gebruik daarvan nodig zijn en waarvan hij de aanwezigheid niet behoefde te betwijfelen.
Eiser stelt dat hij er op basis van de tekst en de foto’s van de advertentie van uitging dat de bus volledig gerestaureerd was. Dit is hem op de ophaaldag ook medegedeeld, net als dat een technische keuring door de RDW zou slagen. Ter onderbouwing van zijn standpunt, dat sprake is van non-conformiteit, heeft eiser het rapport van het Klassiek VW Centrum in het geding gebracht. Daaruit blijkt dat de bus op meerdere punten door de RDW zou worden afgekeurd en dat van een restauratie niet gesproken kan worden. Dit terwijl eiser een bus wilde hebben waarmee hij veilig de weg op kan. De slechte staat waarin de onderzijde van de bus verkeerde, verwacht je niet bij een gereviseerd voertuig, aldus eiser.
Napa Continental stelt dat eiser de bus pas na het sluiten van de overeenkomst op 29 december 2017 voor het eerst heeft gezien. Eiser heeft er zelf voor gekozen om niet naar de kijkdagen te
komen. Kopers van oldtimers doen dit doorgaans wel en laten zich indien nodig bijstaan door een deskundige. Eiser had dit ook kunnen (en moeten) doen. Napa Continental betwist dat uit het rapport van het Klassiek VW Centrum volgt dat de bus non-conform is. Zoals vermeld in de advertentietekst, is de bus gereviseerd aangeboden. De revisiewerkzaamheden zijn in Spanje uitgevoerd door een specialist in het restaureren van Volkswagen oldtimers. Dat het niveau van de revisie eiser tegenvalt, leidt nog niet tot non-conformiteit, aldus Napa Continental.
De rechtbank overweegt als volgt. Op grond van de algemene verkoop- en veilingvoorwaarden is de koopovereenkomst gesloten bij het “vallen van de hamer”. Dat was op 8 december 2017. Vast staat dat eiser de bus daaraan voorafgaand niet heeft bezichtigd. Ter zitting heeft eiser immers verklaard dat hij pas na de koop voor het eerst contact had met BVA. Eiser heeft zich bij de koop dus uitsluitend gebaseerd op de tekst en de foto’s van de advertentie op de website van BVA. De omschrijving in de advertentie luidt als volgt:
“
Omschrijving
1x Volkswagen T1, B9166554, Afgelezen tellerstand:
35.472km, Datum 1e toelating: 01-01-1969,
Let op! Volledige gereviseerd voertuig, koppelstuk stuurinrichting in bestelling.
Inclusief BTW en invoerrechten dewelke reeds zijn voldaan door de opdrachtgever.”
De vraag is of eiser er op basis van de advertentie van uit mocht gaan dat hij een bus kocht waarmee hij in Nederland veilig de weg op kon. Naar het oordeel van de rechtbank is dat niet het geval en diende eiser daar gelet op de aard van de zaak wel rekening mee te houden. De enkele mededeling in de advertentie, dat het een volledig gereviseerd voertuig betreft, is daarvoor onvoldoende. Volgens het woordenboek (Van Dale) betekent “revisie” “herziening”, en bij machines “het nakijken en zo nodig herstellen”. Volgens de website van Bovag betekent “revisie” dat een auto-onderdeel wordt opgeknapt en zo een tweede leven krijgt. Daarom gaat de rechtbank ervan uit dat “een volledige revisie” niet in alle gevallen hetzelfde inhoudt. Het is een subjectief begrip dat niets zegt over de mate waarin het voertuig voldoet aan de geldende veiligheidsvoorschriften. Op basis van de advertentietekst mocht eiser er dus niet zonder meer van uitgaan dat de bus een keuring door de RDW zou doorstaan, te meer niet nu het een uit het buitenland afkomstige bus uit 1969 betreft, die nog geen Nederlands kenteken had. Dat eiser zijn verwachting over de veiligheid op andere mededelingen van BVA/Napa Continental – gedaan voorafgaand aan de koop – mocht baseren, is gesteld noch gebleken. Dat de bus er op de foto’s van de advertentie goed uitzag, is evenmin voldoende om de verwachtingen van eiser over de technische veiligheid van de bus te rechtvaardigen. Algemeen bekend is immers dat een advertentie is bedoeld om het product aan te prijzen. De rechtbank gaat ten slotte voorbij aan de stelling van eiser dat hij ervan uit mocht gaan dat de bus vrij was van gebreken, omdat de meeste bussen van dit type en bouwjaar voor een bedrag van € 25.000 worden verkocht, mits goed onderhouden en vrij van gebreken. De bus had in het onderhavige geval geen vraagprijs, maar een veilingprijs van € 13.500 en een hoogste bod van € 23.200, zodat een vergelijking met de reguliere markt niet goed te maken is. Bovendien heeft eiser nagelaten deze stelling te onderbouwen. De advertenties die hij in het geding heeft gebracht, betreffen geen vergelijkbare voertuigen. Daarin staat ook niet dat de voertuigen vrij van gebreken zijn.Voor zover eiser stelt dat sprake is van non-conformiteit, omdat het niveau van de revisie niet overeenkomt met de verwachtingen die hij daar op basis van de advertentie van mocht hebben, volgt de rechtbank hem ook daar niet in. Zoals de rechtbank in het vorenstaande al opmerkte, is revisie een subjectief begrip dat niet aan de hand van concrete maatstaven kan worden ingevuld. Reeds daarom kunnen de constateringen van het Klassiek VW Centrum niet leiden tot de conclusie dat sprake is van non-conformiteit.
Eiser stelt nog dat hij de bus niet zou hebben gekocht (althans niet onder dezelfde voorwaarden), zonder de mededeling van Napa Continental dat deze volledig is gereviseerd. Er is sprake van dwaling en daarom heeft eiser de overeenkomst vernietigd, althans dient deze vernietigd te worden, aldus eiser. De rechtbank is met Napa Continental van oordeel dat de dwaling (indien daar sprake van zou zijn) voor rekening van eiser dient te blijven. Nu het een koop van een bus uit 1969 (oldtimer) betreft, had het op de weg van eiser gelegen om deze voor de koop te bezichtigen en zich, zo nodig, bij te laten staan door een deskundige. Het door het Klassiek VW Centrum omschreven gebrek aan de onderzijde van de auto had op die manier relatief eenvoudig door eiser ontdekt kunnen worden. Dat eiser ervoor heeft gekozen de bus pas te bezichtigen en door een specialist te laten nakijken, nadat het koppelstuk stuurinrichting was aangebracht, komt voor zijn rekening en risico. Hetzelfde geldt voor zijn onjuiste veronderstelling, dat de koop op de dag van het ophalen nog niet gesloten was. Via de website van BVA is eiser uitdrukkelijk gewezen op de veilingvoorwaarden en in de kolom rechts van de advertentie onder “Bod plaatsen?” staat - onder meer - vermeld: “
(…) 3. Bezoek de kijkdagen om de kavels te inspecteren. Controleer hier de algehele staat voordat u een bod plaatst. (…)”en “
Een geplaatst bod is niet vrijblijvend. Als de kavel wordt gegund, bent u verplicht dit tegen het door u geboden bedrag af te nemen.” Dat eiser hier niet van op de hoogte was acht de rechtbank (nog daargelaten dat dit voor zijn eigen risico komt) ook niet aannemelijk, aangezien hij ter zitting heeft verklaard dat hij al jaren een tevreden gebruiker van BVA is.
De conclusie is dat de koopovereenkomst tussen eiser en Napa Continental in stad is gebleven, en blijft. De vorderingen worden afgewezen. Eiser zal als de in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten worden veroordeeld. De kosten aan de zijde van Napa Continental worden begroot op griffierecht € 1.992,00, salaris advocaat € 1.390,00, totaal € 3.382,00.
Bron: Rechtbank Noord-Holland, 13 mei 2020, C/15/284528 / HA ZA 19-106Terug