TerugRechtbank Noord-Holland beslist in het kader van de BTW (omzetbelasting) dat de zeer goedkope doorverkoop van een auto door X B.V. aan haar aandeelhouder aangemerkt moet worden als misbruik van recht.
X B.V. is een holding die ook managementdiensten verricht. X B.V. koopt in 2014 een auto en verkoopt de auto in 2015 voor een deel van de prijs door aan haar enig aandeelhouder. X B.V. dient een aangifte dividendbelasting in voor verkapt dividend. De inspecteur stelt dat de dividenduitkering onderdeel uitmaakt van de vergoeding voor de omzetbelasting, dan wel dat sprake is van misbruik van recht door de vergoeding kunstmatig laag vast te stellen en legt een naheffingsaanslag omzetbelasting op over het jaar 2015. X B.V. stelt dat er zakelijke argumenten ten grondslag lagen aan haar beslissing om de auto aan te schaffen. X B.V. gaat in bezwaar en beroep.
Rechtbank Noord-Holland beslist dat de doorverkoop van een auto door X B.V. aan haar aandeelhouder aangemerkt dient te worden als misbruik van recht. De inspecteur heeft niet aannemelijk gemaakt dat de door X B.V. in aanmerking genomen verkapte dividenduitkering deel uitmaakt van de vergoeding van de levering. De verkapte dividenduitkering maakt daarom geen onderdeel uit van de vergoeding voor de doorverkoop van de auto. Wel is sprake van misbruik van recht. Het is aannemelijk dat de handelswijze van X B.V. er voornamelijk op is gericht de auto tegen een kunstmatig lage prijs aan haar aandeelhouder over te dragen, waarbij particulier eindverbruik nauwelijks met BTW wordt belast. Het gelijk is aan de belastinginspecteur. De naheffingsaanslag blijft in stand.
Bron: ECLI:NL:RBNHO:2023:8689
Terug